Pensioenbonus verlengd met één jaar

De pensioenbonus voor werknemers en zelfstandigen wordt met één jaar verlengd. Tegelijk wordt een informatieplicht ingevoerd voor de overheid.

Tot 1 december 2013

Het Generatiepact uit 2005 wil mensen langer aan de slag houden. Die intentie werd onder andere vertaald in een pensioenbonus voor werknemers en zelfstandigen. Wie zijn pensioen wat uitstelt, krijgt een extraatje.

De maatregel loopt tot 1 december 2012. Hij geldt namelijk enkel voor pensioenen die daadwerkelijk en voor de eerste maal ten vroegste ingaan op 1 januari 2007 en uiterlijk op 1 december 2012, en enkel voor de tijdvakken gepresteerd vanaf 1 januari 2006.

Die tijdelijke aanpak zorgt voor rechtsonzekerheid. Gepensioneerden zouden geneigd kunnen zijn om vervroegd met pensioen te gaan om de bonus zeker te kunnen opstrijken. Voor heel wat mensen is een pensioenaanvraag nog steeds verplicht en ze stemmen hun aanvraag af op wat voor hen het voordeligste is.

Daarom verlengt de wetgever de maatregel nu met één jaar. In het huidige politieke klimaat is die aanpak de meest voor de hand liggende. Bovendien zou er in de tweede helft van 2012 een evaluatie van de maatregel komen.

De huidige verlenging moet dus gezien worden als een ‘bewarende maatregel'. Dat blijkt ook uit de ongewoon ruime bevoegdheid die de Koning van de wetgever krijgt. Hij kan de aangebrachte wijzigingen opnieuw wijzigen, aanvullen of ongedaan maken bij een besluit vastgesteld na overleg in de ministerraad.

Extra informatie

Uit cijfers van het Groenboek voor de pensioenen blijkt dat de pensioenbonus weinig bekend is. Daarom voert de verlengingswet ook een informatieplicht in voor de pensioendiensten.

De Rijksdienst voor pensioenen (RVP) en het Rijksinstituut voor de Sociale Verzekeringen der zelfstandigen (RSVZ) geven nu al een raming van de opgebouwde en nog te verwezenlijken persoonlijke pensioenrechten aan de toekomstige gepensioneerden. Dit kan op aanvraag of ambtshalve. Het formulier dat ze daartoe versturen, moet voortaan het bestaan, de voorwaarden voor toekenning en het bedrag van de pensioenbonus vermelden.

Bij de simulaties en de vooruitberekeningen moet dus uitdrukkelijk het bestaan en het effect van de bonus op het pensioen vermeld worden. Dat zal gebeuren met een extra zin op het formulier van de toegestuurde pensioenraming.

Pensioenbonus

De pensioenbonus wordt opgebouwd door langer te werken in de periode die loopt:

vanaf 1 januari van het jaar waarin de kandidaat 62 wordt of vanaf zijn 44ste loopbaanjaar;

tot het einde van de maand of het kwartaal waarin hij 65 wordt, tenzij hij op dat moment nog geen beroepsloopbaan van 45 jaar opgebouwd heeft. Stopt men vroeger met werken, dan eindigt de periode bij de pensionering.

Voor werknemers heeft men het over een ‘referteperiode', terwijl voor zelfstandigen de ‘kwartalen van beroepsbezigheid als zelfstandige' tellen.

De extra inspanning levert voor werknemers een bonus op van 2,2082 euro per dag van effectieve tewerkstelling in de referteperiode. Voor zelfstandigen bedraagt de pensioenbonus 172,24 euro per kwartaal van beroepsbezigheid als zelfstandige. Deze bedragen gelden sinds 1 mei 2011.

print