Stopzetting van een btw-activiteit

In iedere fase van het ‘leven' van een onderneming moet u heel wat administratieve verplichtingen nakomen. Bij de aanvang moet u zich identificeren bij de Kruispuntbank van Ondernemingen en een btw-nummer aanvragen. Als uw economische activiteit wijzigt en daarbij het recht op aftrek beïnvloedt, moet u deze wijziging doorgeven. Ten slotte moet u het de fiscus ook laten weten als u uw economische activiteit stopzet.

Wie moet melden?

Logischerwijze moeten enkel belastingplichtigen die de aanvang van hun economische activiteit moesten melden,  ook de stopzetting doorgeven. Het heeft geen zin een stopzetting te melden, als de aanvang niet werd gemeld. Dit betekent dat de volgende belastingplichtigen aanvang, stopzetting of wijziging van hun economische activiteit niet moeten melden: (1) belastingplichtigen die geen recht op aftrek hebben omdat ze diensten verrichten die van btw zijn vrijgesteld (bv. dokters), en toevallige belastingplichtigen die (2) een nieuw gebouw verkopen of (3) de intracommunautaire levering doen van een nieuw vervoermiddel.

Wat?

De stopzetting van de economische activiteit moet worden gemeld als ze het verlies van de hoedanigheid van btw-plichtige tot gevolg heeft. De stopzetting moet volledig, definitief en effectief zijn:

volledig: als u slechts een deel van uw activiteiten stopzet, moet u de 'wijziging' van uw activiteit melden;

definitief: een tijdelijke stopzetting, bv. omdat u door ziekte een tijdje arbeidsongeschikt bent, heeft niet het verlies van de hoedanigheid van btw-plichtige tot gevolg en moet dus niet worden gemeld;

effectief: u moet echt stoppen en mag geen handelingen meer stellen die aan btw zijn onderworpen.

Let goed op. Als u de stopzetting van uw activiteit niet tijdig meldt (dat wil zeggen binnen een maand na de stopzetting), wordt u geacht nog actief te zijn. U blijft dan aan alle fiscale verplichtingen van een btw-plichtige onderworpen.

De melding van de stopzetting van de fiscus staat los van andere verplichtingen, bv.  doen van de nodige meldingen aan Kruispuntbank van Ondernemingen, zodat zij uw onderneming kunnen schrappen, enz.

Enkele bijzondere gevallen (1): vereffening en faillissement

Een onderneming die vereffend wordt, verliest pas de hoedanigheid van belastingplichtige op het moment dat de vereffening wordt afgesloten. Met andere woorden: tijdens de vereffening blijft de onderneming belastingplichtig. De handelingen van de vereffenaar worden aan haar toegerekend.

Het vonnis waarmee een onderneming failliet verklaard wordt, brengt niet automatisch het verlies van de hoedanigheid van btw-plichtige mee. Pas als het faillissement wordt afgesloten, na de afhandeling door de curator, vindt de stopzetting effectief plaats.

Enkele bijzondere gevallen (2): natuurlijk persoon richt vennootschap op

Als u als natuurlijk persoon (met een eenmanszaak) een economische activiteit uitoefent, bent u btw-plichtige. Als u daarna de zaak inbrengt in een vennootschap, verliest u zelf de hoedanigheid van belastingplichtige, die overgaat naar uw vennootschap.

U moet dus eerst de stopzetting van de economische activiteit in uw naam melden (formulier 604 C) en vervolgens de aanvang van de economische activiteit in naam van uw vennootschap (formulier 604 A).

Hoe?

U dient bij uw lokaal btw-controlekantoor een formulier 604 C in binnen één maand na de stopzetting van de werkzaamheid. U mag het document zelf indienen, maar kan het ook overlaten aan een orgaan van uw onderneming (bv. zaakvoerder), een derde die daartoe een volmacht heeft gekregen (een werknemer, een interne of externe boekhouder) of een erkend ondernemingsloket.

U heeft één maand vanaf het moment van de wijziging om aan de meldplicht te voldoen. Het originele document moet volledig worden ingevuld en worden afgegeven op het bevoegde btw-kantoor of per post worden opgestuurd. Een elektronische indiening is niet toegestaan.

afdrukken