Omvangrijke codificatie economische wetgeving leidt tot Wetboek van Economisch Recht

Ongetwijfeld heeft u al gehoord van het Wetboek van Economisch Recht. Dit wetboek harmoniseert en moderniseert de bestaande economische regelgeving. De economische materies worden thematisch opgedeeld en vervolgens verdeeld over 18 verschillende boekdelen. Die boekdelen worden stelselmatig in het wetboek ingevoegd. Door deze codificatie houden de KBO-wet en de Boekhoudwet integraal op te bestaan. Het Wetboek van Economisch recht is nu bijna volledig. Tijd voor een overzicht.

In juli 2012 besliste de regering om de federale economische wetgeving onder te brengen in één wetboek. Een hele reeks verschillende wetten, definities en sancties worden door de wet van 28 februari 2013 tot invoering van het Wetboek van Economisch Recht of WER gebundeld in één wetboek. De wetgever hanteert drie doelstellingen: de vrijheid van ondernemen, de eerlijkheid van de economische transacties en de bescherming van de consument. De bestaande regelgeving wordt geactualiseerd en gehergroepeerd in een logische tekst zodat het raadplegen en het toepassen van de regelgeving makkelijker wordt. Daarnaast worden bepaalde teksten grondig hervormd en vernieuwd.

Het WER komt tot stand via de techniek van “de aanbouwwetgeving”, een bijzondere en innoverende wetgevingstechniek. Die techniek houdt in dat de boeken gefaseerd worden ingediend. In plaats van het wetboek als een integraal geheel in te voeren, worden de nieuwe onderdelen stelselmatig in het wetboek ingevoegd. Diverse wetten houdende invoeging van de verschillende nieuwe onderdelen in het Wetboek van Economisch Recht zijn al in het Belgisch Staatsblad verschenen. In navolging hiervan regelen een reeks koninklijke besluiten de inwerkingtreding van (een deel van) de betrokken bepalingen.

Verschillende boekdelen

De verschillende materies worden gegroepeerd in 18 boekdelen.
Het wetboek vangt aan met definities (Boek I.) en algemene beginselen (Boek II.). De gemeenschappelijke definities gelden doorheen het volledige wetboek wat moet leiden tot een coherentere toepassing van de begrippen. De algemene verplichtingen voor de onderneming vinden we terug in Boek III. Vrijheid van vestiging, dienstverlening en algemene verplichtingen van de ondernemingen. Meer hierover zie infra.

In de volgende boeken komen de regels aan bod waaraan de ondernemingen zijn onderworpen: mededingingsrecht (Boek IV.); prijzen (Boek V.); marktpraktijken en bescherming van de consument (Boek VI.); betalings- en kredietdiensten (Boek VII.); kwaliteit van producten en diensten (Boek VIII.); veiligheid van producten en diensten (Boek IX.); handelsagentuurovereenkomsten, commerciële
samenwerkingsovereenkomsten en verkoopconcessies (Boek X.); intellectuele rechten (Boek XI.); elektronische economie (Boek XII.); overlegmechanismen (Boek XIII.); marktpraktijken en de consumentenbescherming voor beoefenaars van een vrij beroep (Boek XIV.), rechtshandhaving (Boek XV.), buitengerechtelijke regeling van consumentengeschillen (Boek XVI.); bijzondere rechtsprocedures (Boek XVII.) en maatregelen voor crisisbeheer (Boek XVIII.).

Boek III.

In Boek III. worden de vrijheid van vestiging, de dienstverlening en de algemene verplichtingen van de ondernemingen gegroepeerd. Dit boek handelt over de basisprincipes met betrekking tot de toetreding van ondernemingen tot de markt en hun inschrijving bij de overheid. Ook de algemene verplichtingen die worden opgelegd, zoals de verplichting van informatie, doorzichtigheid, niet-discriminatie van klanten en de boekhoudkundige verplichtingen vinden we hier.

Boek III. is opgebouwd uit de volgende titels:
Titel 1. Vrijheid van vestiging en van dienstverlening
Titel 2. Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO) en erkende ondernemingsloketten
Titel 3. Algemene verplichtingen van de ondernemingen (met o.a. Hoofdstuk 2. Boekhouding van de ondernemingen)

Boek III. slorpt de KBO-wet, een deel van de Dienstenwet en van het KB over de inschrijving van niet-handelsondernemingen naar privaat recht in de KBO en de boekhoudwet (of wat ervan overbleef) op. Verwijzingen naar één van deze wetten moet u sinds 9 mei 2014 lezen als verwijzingen naar het Wetboek van Economisch Recht.
We onthouden dus dat de wet van 17 juli 1975 met betrekking tot de boekhouding van de ondernemingen is opgeheven maar aan de tekst is niet geraakt. De desbetreffende bepalingen zitten nu wel verspreid over het Wetboek van Economisch Recht omdat voortaan de definities in Boek I. worden opgenomen en de strafsancties in Boek XV.
Overtredingen van de boekhoudverplichtingen door bestuurders, zaakvoerders, commissarissen en bedrijfsrevisoren worden gestraft met een sanctie van niveau twee en bij bedrieglijk opzet met een sanctie van niveau vier (naar analogie met het Sociaal Strafwetboek worden de strafsancties opgedeeld in zes niveaus).

Het toepassingsgebied van dit Boek III. is ruimer dan de Dienstenwet van 26 maart 2010. De verplichtingen gelden voor “elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die op duurzame wijze een economisch doel nastreeft, alsmede zijn verenigingen” en zijn dus niet langer beperkt tot de dienstensector.

afdrukken