Werkgeversbijdrage op arbeidsongevallenpremie daalt

Werkgevers betalen voortaan nog een bijdrage van 4,77% op hun arbeidsongevallenpremie. Tot nog toe lag die bijdrage vast op 4,97%. De bijdrage is bestemd voor het Riziv en dient voor de sociale reclassering van mindervaliden (functionele revalidatie).

De oorzaak voor de daling ligt in de verhoging van de basisloongrens. Die loongrens is niet alleen belangrijk voor de berekening van de arbeidsongevallenuitkering, maar is, en dit belangt de werkgevers aan, ook bepalend voor de arbeidsongevallenpremie. De premie wordt immers berekend op de bruto loonmassa, beperkt tot de basisloongrens per werknemer. Als die basisloongrens stijgt, heeft dit dus financiële gevolgen voor de werkgever. Om hun stijgende premies enigszins te compenseren, wordt de bijdrage teruggeschroefd.

Op 1 januari 2012 steeg de basisloongrens in de arbeidsongevallenverzekering met 0,7% tot 37.808,74 euro. De kosten voor deze welvaartsaanpassing worden geraamd op 2 miljoen euro. Om de stijging van het wettelijk plafond in 2012 alsnog te compenseren, wordt de bijdrage met 0,20 procentpunten verminderd: ze zakt van 4,97% tot 4,77%. Dit zou dus voldoende moeten zijn om de stijging van het plafond in 2012 te compenseren.

Het nieuwe percentage van 4,77% geldt voor de premies die zijn uitgegeven vanaf 1 januari 2012, voor zover ze betrekking hebben op de dekking van het risico op arbeidsongevallen na 31 december 2011.

De premie die een verzekeringsperiode dekt die vóór en na 1 januari 2012 loopt, wordt opgesplitst in twee delen: een premiedeel dat overeenkomt met de risicodekking vóór 1 januari 2012 en een deel dat overeenstemt met de risicodekking vanaf 1 januari 2012.

De verzekeraars bezorgen het Riziv een driemaandelijkse aangifte van de bijdragen. Voor vernietigingen of ristorno's geldt de premiebijdrage die ook op de premies is toegepast waarop ze betrekking hebben.

afdrukken