Op zoek naar jobstudenten ?

Iedereen kijkt stilaan uit naar de grote vakantie. Om de afwezigheid van personeel tijdens deze periode op te vangen, kan u studenten aanwerven. Zowel u als werkgever, als de student moet een aantal bepalingen inzake arbeidsvoorwaarden naleven.

Sinds 1 oktober 2005 kennen we in België twee soorten studentenjobs: de “jobstudent” tijdens de maanden juli, augustus en september en de “jobstudent-extra” tijdens de rest van het jaar gedurende 23 arbeidsdagen.

De jobstudent 

Als u tijdens de zomermaanden een student wil tewerkstellen, betaalt u beperkte sociale bijdragen nl. een “solidariteitsbijdrage” van 5,01% en een van 2,5% voor de student.
Aan die tewerkstelling zijn de volgende voorwaarden verbonden:

u stelt een schriftelijke arbeidsovereenkomst voor studenten op;

de student werkt tijdens de maanden juli, augustus en september;

de student werkt in totaal maximaal 23 arbeidsdagen bij één of meerdere werkgevers.

De jobstudent-extra

Maar ook buiten de zomerperiode kan u studenten aanwerven. De sociale bijdragen bedragen dan 8,01% (i.p.v. ongeveer 35%) voor de werkgever en 4,5% (i.p.v. 13,07%) voor de werknemer/student. De percentages ten laste van de student worden ingehouden op het loon en betaald door de werkgever.
Die tewerkstelling moet aan de volgende voorwaarden beantwoorden:

de student wordt tewerkgesteld met een schriftelijke arbeidsovereenkomst voor studenten;

tijdens om het even welke maand behalve in juli, augustus en september;

gedurende maximaal 23 arbeidsdagen bij één of meerdere werkgevers: u moet alle tewerkstellingen - onder om het even welk statuut en ook bij andere werkgevers - meetellen. De studenten mogen enkel werken tijdens periodes dat ze niet verplicht aanwezig moeten zijn in de onderwijsinstelling (d.w.z. 's avonds, in het weekend of op woensdagnamiddag voor studenten uit het secundair onderwijs).

Voor alle duidelijkheid. Volgende personen komen nooit in aanmerking voor een arbeidsovereenkomst voor studenten: de studenten die sedert ten minste zes maanden werken; de studenten die avondschool of onderwijs met beperkt leerplan (minder dan 15 lesuren per week) volgen en de studenten die een onbezoldigde stage lopen in het kader van hun studie.

Bedrijfsvoorheffing?

Op bezoldigingen moet in principe bedrijfsvoorheffing worden ingehouden. U moet echter geen bedrijfsvoorheffing inhouden op het loon van uw student als:

er een schriftelijke arbeidsovereenkomst is;

de student niet langer dan 23 arbeidsdagen werkt tijdens de maanden juli tot en met september en maximaal 23 arbeidsdagen tijdens de overige maanden gedurende periodes van niet-verplichte aanwezigheid in de onderwijsinstellingen;

op zijn loon geen socialezekerheidsbijdragen worden ingehouden, met uitzondering van de solidariteitsbijdrage.

Begrip arbeidsdag

Zowel de jobstudent als de jobstudent-extra mogen maximaal 23 arbeidsdagen werken. Met 23 arbeidsdagen worden effectief 23 gewerkte dagen bedoeld ongeacht de duur van de tewerkstelling (4u of  8u per dag), maar ook afwezigheidsdagen waarvoor u RSZ-bijdragen betaalt (bv. feestdagen, dagen klein verlet, dagen van volledig gewaarborgd loon bij ziekte, betaalde inhaalrustdagen). Die gelijkgestelde dagen moet u dus meerekenen om de grens van de 23 arbeidsdagen te berekenen.
Let op met feestdagen. Feestdagen die vallen binnen de arbeidsovereenkomst, tellen mee voor de berekening van de grens. Betaalde feestdagen die buiten de arbeidsovereenkomst vallen, tellen niet mee. Maak dus geen arbeidsovereenkomst op vóór een feestdag (tenzij uw student natuurlijk werkt op de feestdag). Uw student verliest immers een dag. Dit doet wel geen afbreuk aan uw verplichting om de feestdag te betalen als hij/zij er recht op heeft.

Nieuwe regels in 2011?

Federaal minister van Werk Joëlle Milquet heeft een wetsontwerp klaar met nieuwe regels rond studentenarbeid. De nieuwe wet komt er wellicht tegen 1 januari 2011.
Vandaag mogen studenten in totaal 23 dagen werken in juli, augustus en september en 23 dagen in de rest van het jaar. In het voorstel van Milquet mogen ze in 1 jaar 50 dagen werken. Een centraal registratiesysteem zou bijhouden hoeveel dagen een student al heeft gewerkt. Nu moet de student zelf bijhouden hoeveel dagen hij werkt.
In de zomermaanden ligt de solidariteitsbijdrage voor studentenwerk lager dan in de rest van het jaar. In het voorstel moeten studenten het hele jaar door een sociale bijdrage van 8,63% betalen.
Werkgevers zouden studenten ook een contract van een jaar mogen aanbieden.
Hiermee krijgen ondernemers én studenten dus een flexibel(er) kader voor studentenarbeid tijdens drukke piek- en vakantiemomenten doorheen het jaar.

print